Mijn hart maakte een sprongetje van vreugde, toen ik hoorde dat u uw energie gaat inzetten voor de toekomst van Groningen. Nooit gedacht dat ik blij kon worden van een nieuwe voorzitter van het bestuur van het Nationaal Programma Groningen (NPG). Toch is het zo en dat heeft te maken met verschillende dingen.
Om te beginnen met uw leeftijd. U keek altijd al behoorlijk onafhankelijk om u heen, maar in het licht van uw leeftijd is ‘de gunst van het volk’ of ‘de goedkeuring van de partijtop’ voor u persoonlijk nu helemaal niet meer relevant en dat stelt mij gerust. U hoeft de blik niet te richten naar de volgende verkiezingen en kunt zonder terughoudendheid een paar decennia vooruit kijken. De NPG gaat over de toekomst van Groningen – daarbij past een blik in de verte. Ik merk dat de horizon van onze bestuurders wel wat mag worden uitgerekt.
Nog zo’n persoonlijk kenmerk: uw tongval is mooi om te horen. Een beetje volks, bijna een dikke ‘t’, maar in de verte slikt u hier en daar een halve –e – in. Als voormalig correspondent van de Noord- en Zuidbroekster hoor ik uw geboortegrond – Zuidbroek, op de grens van veen en zeeklei – erin terug. Voor noorderlingen is het ‘eigen’ en tegelijkertijd is het nuttig dat ze u in Den Haag goed verstaan.
En dan wat u zegt: rechtuit. Als Cunera van Selm vraagt of het leger ingeschakeld moet worden voor de nieuwjaarsnacht in Scheveningen, waar u tijdelijk burgemeester was, antwoordt u met een wedervraag: ‘Wat moet het leger dan gaan doen? Schiet’n?’ Kijk, dat is klare taal. Wat u zegt aardt in kennis van zaken, zicht op grotere lijnen en afwegingen met diepgang. Maar u zegt het lekker blond.
Als ik een tafel met Nederlandse bestuurszetels zou samenstellen, kan ik geen stoel bedenken waarop u niet heeft gezeten: raadslid, statenlid, gedeputeerde, parlementariër, minister, staatssecretaris, commissaris van de koning(in). Van al die zetels bent u ook weer opgestaan; mooi dat u die ervaring meeneemt! We barsten in Groningen van de bestuurders. Ze bemoeien zich rechtstreeks, onderlangs, achterlangs en bovenlangs met alles, maar de burgers zijn daarin ondergesneeuwd geraakt. We hebben uw hulp nodig om de Groningers weer voorop te zetten.
De organisatie waar u de scepter over krijgt, heeft 1,15 miljard als startkapitaal gekregen, ‘voor een betere toekomst voor Groningen’. Dat staat los van de versterkingsgelden en van de schadevergoedingen, het is uitsluitend voor een beter perspectief. De NPG heeft aan burgers om ‘grootste ideeën’ gevraagd. Toukomst was een gedurfd begin. Om een ‘nieuwe toekomst’ te schetsen, moeten we naar de randen van ons voorstellingsvermogen en dat is een hele toer. Wil je werkelijk vooruit, probeer dan het onbekende te omarmen, adviseerde het Kenniscentrum Noorderruimte. Mensen dienden 900 ideeën in. Veel daarvan borduren voort op de huidige wereld, zoals ook nagenoeg al het overheidsbeleid. Noorderruimte selecteerde die oogst en zette echt nieuwe perspectieven als #vrijetoukomst op de kaart. U vindt ze, met toelichting, in de digitale uitgave die Noorderruimte met tijdschrift Noorderbreedte ervan maakte.
Ook het burgerpanel dat uit de 900 Toukomst-plannen keuzes maakte, hield de blik op de langere termijn gericht en zocht plannen die Groningen werkelijk nieuw perspectief geven. Door hun goed afgewogen keuzes schetsen ze drie grote lijnen: ons verhoal, mien laand en met mekoar. Langs die heldere routes willen de inwoners de toekomst kleur geven.
Aan het werk dus. Maar wat schetst mijn verbazing: de NPG boetseert de ideeën vervolgens zo dat ze in haar eigen doelen en beleidspoten passen en pas daarna gaat de portemonnee open. Vanwaar die regiedwang? Laat de toekomt bij de Groningers zoals de bedoeling was. Bewoners vragen niet om ‘verbeteren van het imago van de provincie’ of ‘verbeteren van de economie’. Nee, dat wil het NPG bestuur waarin leden van de gemeente, provincie en rijksbesturen zitten. De burgervisie is klip en klaar: richt het landschap een beetje in, zodat mensen en dieren er voor hun plezier vertoeven. Plant bomen, leg fietspaden aan, richt voedseltuinen in, produceer meer circulair, zorg voor goede onderwijs- en cultuurprogramma’s. Maak bewoners sterker, geef hen meer zeggenschap en zelfbeschikking. Ons verhoal, mien laand en met mekoar. Daar zou de NPG zich dus ook op moeten richten.
Er zit 1,15 miljard in de pot. Daarvan was een deel (100 miljoen) ‘geoormerkt’ voor Toukomst, de burgerraadpleging. Maar waarom de overige 1,05 miljard niet ook inzetten voor de door burgers gemaakte toekomstvisie? Als ik zie hoe de miljoenen de pot uit vliegen, ben ik bang dat we er dingen mee doen die eigenlijk tot het ‘normale werk’ van provincie en gemeente horen. Maar dat was toch niet de bedoeling?
Niet alleen trekken bestuurders uit alle overheidslagen bij de NPG aan de touwtjes, ze leggen er bovendien hun deken van bureaucratische procedures overheen. Die kennen de Groningers maar al te goed van de ‘versterkingsoperatie’ en de ‘schadeprocedures’ en daar zijn ze inmiddels echt wel ‘mee klaar’. Bij de NPG werken bekwame mensen die de Toukomst-plannen werkelijk een stap vooruit kunnen helpen. Maar dan moeten ze hun energie wel stoppen in het werk met bewoners en langs de lijnen die de Groningers zelf hebben uitgestippeld. Inmiddels lijkt de NPG uit te groeien tot een volwaardig overheidsbureau. Er is een startdocument, een bestuursakkoord, op schrift gestelde afspraken over de werkwijze en een programmakader. En, zoals dat gaat, vervolgens moet gecontroleerd worden of ze zich daaraan houden. Dus komen er ook verantwoordingsprocedures en monitoringsrapporten. Veel papier, maar dat brengt een beter toekomstperspectief echt niet dichterbij.
Beste heer Remkes, ik denk dat u veel kwaliteiten in huis heeft waarmee u ons kunt helpen om te zorgen dat de toekomst van Groningen weer van de Groningers wordt. Wat zou het mooi zijn als we de rollen nu eens omdraaien: overheden richten hun energie op wat de burgers in hun visie op de Toukomst hebben neergezet in plaats van de burgerideeën te plooien tot ze passen in de beleidspoten en -processen van overheden. Met #vrijetoukomst kan in Groningen een nieuwe bestuurscultuur beginnen. Niet over lullen, gewoon doen.
Ik wens u veel plezier met uw nieuwe baan.
Hartelijke groet, Ineke Noordhoff
Journalist en landschapshistorica